bladerden af
- bla·der·den af
uit bladerden (werkwoord) en af, hiertussen kunnen nog andere woorden staan
vervoeging van |
---|
afbladeren |
bladerden (...) af
- meervoud verleden tijd van afbladeren
- Wij bladerden af.
- Jullie bladerden af.
- Zij bladerden af.
- Wij bladerden af.
- Het woord 'bladerden af' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.