bevoorschotten
- be·voor·schot·ten
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
bevoorschotten |
bevoorschotte |
bevoorschot |
zwak -t | volledig |
bevoorschotten
- overgankelijk van een voorschot voorzien
- Het woord bevoorschotten staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.