• be·prij·zen

beprijzen

stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
beprijzen
beprijsde
beprijsd
zwak -d volledig
  1. iets wat vroeger gratis was een prijs toekennen
     Volgens Frans Rooijers van CE-Delft moet de overheid dat probleem apart oplossen, maar is het geen reden om niet te gaan beprijzen: "Je moet zorgen dat burgers die het niet kunnen betalen en bedrijven die problemen hebben met hun concurrentiepositie, schadeloos gesteld worden of compensatie krijgen. Maar je moet wel zorgen voor een effectief klimaatbeleid."[1]
     "Maatregelen als het beprijzen van energiegebruik en de strengere normen voor de energieprestaties van huizen [zullen] niet moeten leiden tot te sterk toenemende lastenverschillen tussen huishoudens", stelt het PBL. "Bijvoorbeeld omdat mensen toevallig in een oud huis wonen of in een wijk waar het gas eerder wordt afgesloten dan in andere wijken."[2]
  1.   Weblink bron
    Rob Koster
    “Nederland haalt CO2-doelstelling bij lange na niet” (Woensdag 5 december 2018, 16:00), NOS
  2.   Weblink bron “Nog veel te winnen op milieugebied, vooral bij landbouw en klimaat” (Donderdag 6 september 2018, 21:04), NOS