benieuwen/vervoeging
vervoeging van het werkwoord benieuwen | |||||||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
tegenwoordige tijd | verleden tijd | toekomende tijd | |||||||||
het | benieuwt | het | benieuwde | het | zal benieuwen | ||||||
onvoltooid deelwoord | voltooid deelwoord | gebiedende wijs | aanvoegende wijs | ||||||||
benieuwend | hebben benieuwd | benieuw | benieuwe |