Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • be·las·te
Woordherkomst en -opbouw

Werkwoord

vervoeging van
belasten

belaste

  1. aanvoegende wijs van belasten
  2. verbogen vorm van belast, voltooid deelwoord van belasten

Bijvoeglijk naamwoord

belaste

  1. verbogen vorm van de stellende trap van belast

Gangbaarheid