beangsters
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: beangsters (hulp, bestand)
- IPA: / bəˈɑŋstərs / (3 lettergrepen)
Woordafbreking
- be·ang·sters
Woordherkomst en -opbouw
- beangster met de uitgang -s
Bijvoeglijk naamwoord
beangsters
- partitief van de vergrotende trap van beangst
- Dat is iets beangsters...
Gangbaarheid
- Het woord 'beangsters' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.