balletje
- [A] Geluid: bálletje (hulp, bestand)
- IPA: / ˈbɑləcə / (3 lettergrepen)
- [B] Geluid: ballétje (hulp, bestand)
- IPA: / bɑˈlɛcə / (3 lettergrepen)
- [A] bal·le·tje
- [B] bal·let·je
- [A] afgeleid van bal zn met het achtervoegsel -etje
- [B] afgeleid van ballet zn met het achtervoegsel -je
[A] het bálletje o
- verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord bal, "bol voorwerp"
[B] het ballétje o
- verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord ballet, "artistieke dans"
- Het woord balletje staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "balletje" herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
100 % | van de Vlamingen.[1] |
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be