awari
- awa·ri
- uit het Surinaams-Nederlands [1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | awari | awari's |
verkleinwoord |
awari
- Didelphis marsupialis buidelrat
- oorspronkelijk Afrikaans bordspel voor twee personen waarbij men vierentwintig balletjes en een bord met twaalf uithollingen gebruikt
- Het woord awari staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.