Andere schrijfwijzen Niet te verwarren met: Apenhuizen


Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • apen·hui·zen
Woordherkomst en -opbouw

Zelfstandig naamwoord

de apenhuizenmv

  1. meervoud van het zelfstandig naamwoord apenhuis
    • Gabes kamer stonk naar zweet en oud wasgoed. Ik was in apenhuizen van dierentuinen geweest waar het frisser rook. [1]

Gangbaarheid

Verwijzingen