Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • ani·mis·ti·schers
Woordherkomst en -opbouw

Bijvoeglijk naamwoord

animistischers

  1. partitief van de vergrotende trap van animistisch
    • Door haar toenemende aandacht voor ecologie kreeg haar spiritueel bewustzijn iets animistischers. 

Gangbaarheid