Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • af·wrij·vin·gen
Woordherkomst en -opbouw

Zelfstandig naamwoord

de afwrijvingenmv

  1. meervoud van het zelfstandig naamwoord afwrijving
     Nu zie ik in, dat al uw douches, natte omslagen, harde afwrijvingen, elektrische en galvanische stromen niets voor mij kunnen uitrichten.[1]

Gangbaarheid

Verwijzingen

  1.   Weblink bron “Lichte kost.”, 2e druk (1983), Nijgh & Van Ditmar, Den Haag, p. 106