afkoopbaarheid
- af·koop·baar·heid
- afleiding van afkoopbaar met het achtervoegsel -heid
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | afkoopbaarheid | afkoopbaarheden |
verkleinwoord |
de afkoopbaarheid v
- de mogelijkheid om met één betaling een verplichting te laten vervallen
- Het woord 'afkoopbaarheid' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.