Italiaans

Uitspraak
Woordafbreking
  • af·fron·ta·re

Werkwoord

affrontare

  1. overgankelijk trotseren, het hoofd bieden
  2. overgankelijk de strijd aanbinden met
    «se vogliamo conquistare il titolo, dobbiamo affrontare il campione»
    als we de titel willen veroveren, moeten we de strijd aanbinden met de kampioen