Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • ach·ter·schot·ten
Woordherkomst en -opbouw

Zelfstandig naamwoord

de achterschottenmv

  1. meervoud van het zelfstandig naamwoord achterschot
     Toen bij deze restauratie de achterschotten werden verwijderd, kwamen fragmenten van beeldhouw- en steekwerk in eikenhout te voorschijn.[1]

Gangbaarheid

Verwijzingen

  1.   Weblink bron
    G.W.C. van Wezel
    “De Onze-Lieve-Vrouwekerk en de grafkapel voor Oranje-Nassau te Breda.” (2003), Rijksdienst voor de Monumentenzorg, Zeist / Waanders Uitgevers, Zwolle, ISBN 90 400 8746 6, p. 133