aanwakkerde
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: aanwakkerde (hulp, bestand)
- IPA: / ˈaɱwɑkərdə / (4 lettergrepen)
Woordafbreking
- aan·wak·ker·de
Werkwoord
vervoeging van |
---|
aanwakkeren |
aanwakkerde
- (in een bijzin) enkelvoud verleden tijd van aanwakkeren
- ... dat ik aanwakkerde.
- ... dat jij aanwakkerde.
- ... dat hij, zij, het aanwakkerde.
- ... dat ik aanwakkerde.
Gangbaarheid
- Het woord 'aanwakkerde' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.