Zutphense
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- Zut·phen·se
| enkelvoud | meervoud | |
|---|---|---|
| naamwoord | Zutphense | Zutphensen |
| verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
de Zutphense v
- (demoniem) een vrouwelijke inwoner van Zutphen, of een vrouw afkomstig uit Zutphen
Verwante begrippen
| Demoniemen bij Zutphen in het Nederlands | |||||||||||
|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
|
inwoner: Zutphenaar • inwoonster: Zutphense • bijvoeglijk: Zutphens | |||||||||||
Bijvoeglijk naamwoord
Zutphense
- verbogen vorm van de stellende trap van Zutphens
Gangbaarheid
- Het woord 'Zutphense' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.