Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • Wip·pel·gem·naar
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord Wippelgemnaar Wippelgemnaren
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de Wippelgemnaarm

  1. (demoniem) een inwoner van Wippelgem, of iemand afkomstig uit Wippelgem
Verwante begrippen

Gangbaarheid