Viséen

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  Viséen    (hulp, bestand)
• IPA: /vizeˈɛn/

Woordafbreking

• Vi·sé·en

Zelfstandig naamwoord

het Viséen o

1. verouderde spelling of vorm van viséen tot 2006 (geologie)

   • Zeven watermonsters uit het Viséen van de Tregabron in Maastricht hebben een zeer hoog chloridegehalte bevat (…) 

Schrijfwijzen

• In specialistische publicaties blijft volgens de Taalunie spelling met een hoofdletter mogelijk, zie hier.

Gangbaarheid

• Het woord 'Viséen' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.

Meer informatie

• Zie Wikipedia voor meer informatie.

Frans

Uitspraak

• Geluid: Bestand bestaat nog niet. Aanmaken?
• IPA: /vi.ze.ɛ̃/

Woordherkomst en -opbouw

• van de Belgische stad Visé met het achtervoegsel -ien; aanduiding voor het eerst gebruikt door de Belgische paleontoloog L.G. de Koninck in publicaties vanaf 1842

Zelfstandig naamwoord

1. (geologie) viséen, tweede tijdsnede uit het tijdvak mississippien

Overerving en ontlening

• Nederlands: viséen