• USB-sleu·tel·tjes

de USB-sleuteltjesmv

  1. verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord USB-sleutel
  • Omdat de afkorting "USB" steeds meer in het spraakgebruik voorkomt, is de spelling met kleine letters "usb" ook verdedigbaar geworden.[1]
  • De spelling is "USB-sleuteltjes" met een koppelteken "-" vanwege spellingregel 6.H.