Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • To·go·le·se
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord Togolese (Togolesen)
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de Togolesev

  1. (demoniem) een vrouwelijke inwoner van Togo, of een vrouw afkomstig uit Togo
Verwante begrippen

Bijvoeglijk naamwoord

Togolese

  1. verbogen vorm van de stellende trap van Togolees

Gangbaarheid