Bordeauxsen
- Geluid: Bordeauxsen (hulp, bestand)
- IPA: /bɔrˈdosə/
- Bor·deaux·sen
- Bordeauxse met de uitgang -en
de Bordeauxsen mv
- meervoud van het zelfstandig naamwoord Bordeauxse
- Tijdens de vakantie leerden ze twee Bordeauxsen kennen, die ook van zwemmen hielden.
- Het woord 'Bordeauxsen' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.