Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • Bas·ki·sche
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord Baskische Baskischen
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de Baskischev

  1. (demoniem) een vrouwelijke inwoner van Baskenland, of een vrouw afkomstig uit Baskenland
Verwante begrippen

Bijvoeglijk naamwoord

Baskische

  1. verbogen vorm van de stellende trap van Baskisch

Gangbaarheid

Verwijzingen