• IPA: \oːi\, [o̞ːi]

多い

  1. veel
    «ここは、多い。»
    Er zijn veel mensen hier.
    «今年は、多い。»
    Dit jaar heeft het veel gesneeuwd.
  1. たくさん veel
  2. 大勢 veel (mensen)
  3. 数多い veel
  4. おびただしい veel
  5. ぎょうさん veel
  6. 夥しい veel, ontelbaar
  1. 少し weinig
  2. 少ない weining