Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • za·ge·vent
enkelvoud meervoud
naamwoord zagevent zageventen
verkleinwoord zageventje zageventjes

Zelfstandig naamwoord

de zageventm

  1. (België) iemand die veel klaagt, zeurt of flauwe grappen maakt
    • Wat zijt ge toch een zagevent! 

Gangbaarheid

6 % van de Nederlanders;
86 % van de Vlamingen.[1]

Verwijzingen

  1.   Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be