wegconcurreert
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- weg·con·cur·reert
Werkwoord
vervoeging van |
---|
wegconcurreren |
wegconcurreert
- (in een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van wegconcurreren
- ... dat jij wegconcurreert.
- (in een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van wegconcurreren
- ... dat hij wegconcurreert.
Gangbaarheid
- Het woord wegconcurreert staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.