Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • weer·hob·by·is·ten
Woordherkomst en -opbouw

Zelfstandig naamwoord

de weerhobbyistenmv

  1. meervoud van het zelfstandig naamwoord weerhobbyist
     Het apparaat is geschikt voor de landbouw en professionele tuinders, sportvliegers, voor het onderwijs of voor weerhobbyisten[1]

Gangbaarheid

Verwijzingen

  1.   Weblink bron
    Hugo van der Heem
    Privé-weerstation in: Nieuwsblad van het Noorden  , jrg. 107 nr. 101 (30 april 1994), Nieuwenhuis, Groningen, p. 41 kol. 2