walsen
- wal·sen
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
walsen |
walste |
gewalst |
zwak -t | volledig |
walsen
- inergatief dansen op de muziek van een wals
- Er werd de hele avond gewalst en gefoxtrot.
- overgankelijk iets pletten met een zware rol
- Dat asfalt moet eerst nog gewalst worden.
de walsen mv
- meervoud van het zelfstandig naamwoord wals
- Het woord walsen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "walsen" herkend door:
98 % | van de Nederlanders; |
98 % | van de Vlamingen.[1] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be