vooronderstelt
- voor·on·der·stelt
vervoeging van |
---|
vooronderstellen |
vooronderstelt
- tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van vooronderstellen
- Jij vooronderstelt.
- derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van vooronderstellen
- Hij vooronderstelt.
- (verouderd) gebiedende wijs meervoud van vooronderstellen
- Vooronderstelt!
- Het woord vooronderstelt staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.