vindbaarders
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: vindbaarders (hulp, bestand)
- IPA: /ˈvɪntbardərs/
Woordafbreking
- vind·baar·ders
Woordherkomst en -opbouw
- vindbaarder met de uitgang -s
Bijvoeglijk naamwoord
vindbaarders
- partitief van de vergrotende trap van vindbaar