verzwikt
- ver·zwikt
- vervoeging van verzwikken: de stam met de uitgang -t, zonder ge- vanwege voorvoegsel
vervoeging van |
---|
verzwikken |
verzwikt
- tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van verzwikken
- Jij verzwikt.
- derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van verzwikken
- Hij verzwikt.
- (verouderd) gebiedende wijs meervoud van verzwikken
- Verzwikt!
vervoeging van: | verzwikken… |
verbogen vorm: | verzwikte |
verzwikt
- voltooid deelwoord van verzwikken
- Het woord verzwikt staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.