verzoendagen
- Geluid: verzoendagen (hulp, bestand)
- IPA: / vərˈzundɑɣə(n) / (4 lettergrepen)
- ver·zoen·da·gen
- verzoendag met uitgang -en
de verzoendagen mv
- meervoud van het zelfstandig naamwoord verzoendag
- ▸ De prijs van het werkstuk zal wel langer geheim blijven dan de inhoud. Maar die is al aanfluiting genoeg, zeker als men weet dat dit nu het stuk is waar de omroepbazen hun grote verzoendagen (11 en 12 januari) op moeten baseren.[1]
- Het woord verzoendagen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- ↑ Weblink bron Marc Chavannes“Kronkiek : Hoera Hilversum (3)” (22 december 1990) op nrc.nl