Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • ver·zaad
Woordherkomst en -opbouw
  • vervoeging van verzaden: de stam zonder -d omdat de stam al op -d eindigt en zonder ge- vanwege voorvoegsel

Werkwoord

vervoeging van
verzaden

verzaad

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van verzaden
    • Ik verzaad. 
  2. gebiedende wijs van verzaden
    • Verzaad! 
  3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van verzaden
    • Verzaad je? 
vervoeging van: verzaden…
verbogen vorm: verzade

verzaad

  1. voltooid deelwoord van verzaden

Gangbaarheid