verstikt
- ver·stikt
- vervoeging van verstikken: de stam met de uitgang -t, zonder ge- vanwege voorvoegsel
vervoeging van |
---|
verstikken |
verstikt
- tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van verstikken
- Jij verstikt.
- derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van verstikken
- Hij verstikt.
- (verouderd) gebiedende wijs meervoud van verstikken
- Verstikt!
vervoeging van: | verstikken… |
verbogen vorm: | verstikte |
verstikt
- voltooid deelwoord van verstikken
- Het woord verstikt staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "verstikt" herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
98 % | van de Vlamingen.[1] |
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be