• ver·slaaf·den

de verslaafdenmv

  1. meervoud van het zelfstandig naamwoord verslaafde
vervoeging van
verslaven

verslaafden

  1. meervoud verleden tijd van verslaven
    • Wij verslaafden. 
    • Jullie verslaafden. 
    • Zij verslaafden.