verplegende
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: verplegende (hulp, bestand)
Woordafbreking
- ver·ple·gen·de
Werkwoord
vervoeging van: | verplegen |
verplegende
- verbogen vorm van verplegend, het onvoltooid deelwoord van verplegen
Bijvoeglijk naamwoord
verplegende
- verbogen vorm van de stellende trap van verplegend