Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • ver·een·zaam·den

Werkwoord

vervoeging van
vereenzamen

vereenzaamden

  1. meervoud verleden tijd van vereenzamen
    • Wij vereenzaamden. 
    • Jullie vereenzaamden. 
    • Zij vereenzaamden. 

Gangbaarheid