Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • ver·dok·terd
Woordherkomst en -opbouw
  • vervoeging van verdokteren: de stam met de uitgang -d, zonder ge- vanwege voorvoegsel

Werkwoord

vervoeging van: verdokteren…
verbogen vorm: verdokterde

verdokterd

  1. voltooid deelwoord van verdokteren

Gangbaarheid