Noors

Uitspraak
Woordafbreking
  • ut·byg·gin·ger
Woordherkomst en -opbouw
  • Noorse zelfstandignaamwoordsvorm met het voorvoegsel ut- en met het achtervoegsel -ing en met de woorduitgang -er
Naar frequentie zeldzaam

Zelfstandig naamwoord

utbygginger

  1. nominatief onbepaald mannelijk en vrouwelijk meervoud van utbygging