Startpagina
Willekeurig
Aanmelden
Voorkeuren
Financieel bijdragen
Over WikiWoordenboek
Disclaimers
Zoeken
usurpeerde
Taal
Volgen
Bewerken
Inhoud
1
Nederlands
1.1
Uitspraak
1.2
Woordafbreking
1.3
Werkwoord
Nederlands
Uitspraak
Geluid
:
usurpeerde
(
hulp
,
bestand
)
Woordafbreking
usur·peer·de
Werkwoord
vervoeging van
usurperen
usurpeerde
enkelvoud verleden tijd van
usurperen
Ik
usurpeerde
.
Jij
usurpeerde
.
Hij, zij, het
usurpeerde
.