Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • uit·stap·jes

Zelfstandig naamwoord

de uitstapjesmv

  1. verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord uitstap

Zelfstandig naamwoord

de uitstapjesmv

  1. meervoud van het zelfstandig naamwoord uitstapje