Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • torn·de op
Woordherkomst en -opbouw

Werkwoord

vervoeging van
optornen

tornde op

  1. enkelvoud verleden tijd van optornen
    • Ik tornde op. 
    • Jij tornde op. 
    • Hij, zij, het tornde op. 


Gangbaarheid