tintelende

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  tintelende    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• tin·te·len·de

Werkwoord

vervoeging van:	tintelen
verbogen vorm:	tintelendee

tintelende

1. verbogen vorm van tintelend, het onvoltooid deelwoord van tintelen

Bijvoeglijk naamwoord

tintelende

1. verbogen vorm van de stellende trap van tintelend

Gangbaarheid

• Het woord tintelende staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.