terugblikkende
- te·rug·blik·ken·de
terugblikkende
- verbogen vorm van de stellende trap van terugblikkend
vervoeging van: | terugblikken |
terugblikkende
- verbogen vorm van terugblikkend, het onvoltooid deelwoord van terugblikken
terugblikkende
vervoeging van: | terugblikken |
verbogen vorm: | terugblikkendee |
terugblikkende