tente v

  1. tent
vervoeging van
tenter

tente

  1. eerste en derde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (indicatif présent) van tenter
  2. eerste en derde persoon enkelvoud tegenwoordige aanvoegende wijs (subjonctif présent) van tenter
  3. tweede persoon enkelvoud gebiedende wijs (impératif présent) van tenter


  • ten·te

tente

  1. verleden tijd van tenne


  • ten·te

tente

  1. verleden tijd van tene