superponeert
- su·per·po·neert
vervoeging van |
---|
superponeren |
superponeert
- tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van superponeren
- Jij superponeert.
- derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van superponeren
- Hij superponeert.
- (verouderd) gebiedende wijs meervoud van superponeren
- Superponeert!
- Het woord superponeert staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.