suizende
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- sui·zen·de
Werkwoord
vervoeging van: | suizen |
suizende
- verbogen vorm van suizend, het onvoltooid deelwoord van suizen
Bijvoeglijk naamwoord
suizende
- verbogen vorm van de stellende trap van suizend
vervoeging van: | suizen |
verbogen vorm: | suizendee |
suizende
suizende