straalde aan
- straal·de aan
vervoeging van |
---|
aanstralen |
straalde aan
- enkelvoud verleden tijd van aanstralen
- Ik straalde aan.
- Jij straalde aan.
- Hij, zij, het straalde aan.
- Ik straalde aan.
- Het woord straalde aan staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.