stencilden
- Geluid: stencilden (hulp, bestand)
- sten·cil·den
vervoeging van |
---|
stencilen |
stencilden
- meervoud verleden tijd van stencilen
- Wij stencilden.
- Jullie stencilden.
- Zij stencilden.
- Wij stencilden.
- Het woord stencilden staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.