schoolsluiting
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- school·slui·ting
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | schoolsluiting | schoolsluitingen |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
de schoolsluiting v
- het sluiten van een, meerdere of alle scholen
- Als gevolg van het coronavirus werd schoolsluiting overwogen.