Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • school·slui·ting
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord schoolsluiting schoolsluitingen
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de schoolsluitingv

  1. het sluiten van een, meerdere of alle scholen
    • Als gevolg van het coronavirus werd schoolsluiting overwogen.