Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • ruit·jes

Zelfstandig naamwoord

de ruitjesmv

  1. verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord ruit
Woordafbreking
  • rui·tjes

Zelfstandig naamwoord

de ruitjesmv

  1. verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord rui